Welke installatiedraad gebruiken?
Installatiedraad wordt gebruikt om stroom van de verdeelkast naar stopcontacten en schakelaars te brengen. Deze draden hebben een massieve koperen kern en een isolatie in een specifieke kleur. Elke kleur heeft een specifieke functie. Verder is er nog een verschil in dikte voor elke toepassing.
Dikte van de draden
De dikte van een installatiedraad is afhankelijk van de maximaal toelaatbare stroomsterkte. De drie meest gebruikte diktes in woningen zijn:
- 1,5 mm², voor toepassingen tot 10 A met smeltveiligheden of 16 A met installatieautomaat, bijvoorbeeld de verlichting.
- 2,5 mm², voor toepassingen tot 16 A met smeltveiligheden of 20 A met automaten, bijvoorbeeld stopcontacten.
- 6 mm², voor toepassingen tot 32 A met smeltveiligheden of 40 A met automaten, bijvoorbeeld een elektrische oven of inductiekookplaat.
Kleurgebruik van installatiedraden
Bruin – Fasedraad
De fasedraad is de draad die onder spanning staat t.o.v. de aarding en nuldraad. Hij voert, samen met de nuldraad, de elektrische stroom van en naar de aangesloten toestellen. In een elektrisch schema wordt de fasedraad aangeduid met de letter L (afkorting van de Engelse term ‘live’).
Zwart & Grijs – Fasedraad (driefasespanning)
Bij een driefasenspanning worden draden met de kleuren bruin, zwart en grijs als fasedraden gebruikt. Ze worden aangeduid met cijfers: L1, L2 en L3.
Blauw – Nuldraad
De nuldraad is een neutrale geleider die gekoppeld is met de aarde en vrijwel geen spanning heeft t.o.v. de aarde. In een huishoudelijke installatie voert deze nulleider de elektrische stroom van de fasedraad als het ware terug nadat deze het elektrisch gebruiksapparaat gepasseerd is. Op een elektrisch schema wordt de nuldraad aangeduid met de letter N.
Geel-groen – Aarddraad
De geel-groene aarddraad verbindt de metalen buitenmantel van een apparaat met de aarde. In normale omstandigheden heeft deze draad nooit spanning of stroom. Indien er een technische defect is, zal deze aarding de spanning afvoeren om elektrocuties te voorkomen. Bij grote stroomverliezen treedt de aardlekschakelaar in werking of zal de installatieautomaat afschakelen.
Zwart – Schakeldraad
De schakeldraad zorgt voor de stroomtoevoer naar een gebruiker (bv. lampen) vanaf de schakelaar. Hij wordt ook wel eens lampendraad genoemd. Bij een wisselschakeling of bij een kruisschakeling zijn ook de draden tussen de schakelaars schakeldraden. Deze draad krijgt het symbool T op een elektrisch schema.
